de
Franse taal, de diversiteit aan muzikale stromingen en de Creoolse
keuken werden door elkaar geroerd tot een op zich staande cultuur.
Op
muziekgebied kon je alleen scoren door te spelen in de plaatselijke
dancehalls en airplay krijgen aan de hand van een single.
Zo was
Chenier één van de eerste mensen die een zydeconummer vastlegde.
Chenier wordt daarmee onterecht de stichter van de zydecomuziek
genoemd.
Het is een feit dat de man de muziek mede vorm heeft
gegeven, en uiteindelijk uitgroeide tot de meeste invloedrijke persoon
binnen het genre.
Boozoo
Chavis, een paardenfokker, nam een jaar eerder (1954) waarschijnlijk de
eerste zydecosong "Paper in my shoes" op.
De
eeuwige twist over wie
de grondlegger is, zal nooit duidelijkheid bieden. Wel werden twee
stromingen in de zydecomuziek zichtbaar:
enerzijds had je Chenier met
de klavieraccor- deon,en anderzijds was er Chavis met de diatonische
knopinstrumenten.
Ook in de hedendaagse zydeco zijn de twee stromingen
nog duidelijk te onderscheiden.
Chavis is nooit de strijd met Chenier
aangegaan, omdat
musiceren meer een hobby was.
Hij werkte tot na de dood van Chenier als paardenfokker, en voegde zich na zijn pensioen tussen de andere
accordeonisten
op weg naar de troon.
Na de eerste single volgden nog meer opna- men op diverse labels,
zo ook Squeeze box boogie wat een grote hit in Jamaica werd.
Chenier ging in eerste instantie met iedereen in zee om meer bekendheid
te krijgen.
Er ontstond een vaste groep begeleiders,
The Red Hot Louisiana Band genaamd.
Het begin van de elektrische zydeco kreeg meer en meer vorm. Met
name de drums en de bas spelen een belangrijke rol in de begeleiding.
Chenier's
broer Cleveland Chenier, mede betrokken in de band van
bluesgigant Lightnin' Hopkins, werd een vast groepslid
bij de Red Hot Louisiana Band.
Cleveland Chenier maakte van de frottoir een volwaardig instrument.
Chenier en de zijnen kwamen uiteindelijk
bij Arhoolie terecht, een platenlabel uit California. Voor dit label nam
hij een aantal albums op die nog steeds tot de beste uit zijn oeuvre worden
gerekend.
Bon
Ton Roulet! & More vormt het hoogtepunt uit zijn carriere. Het album is
niet alleen een belangrijke zydecoplaat, maar tevens een topper in de bluesmuziek.
Het rijke accordeongeluid van Chenier in combinatie met zijn groep doet denken aan
het big-band geluid
van Count Basie.
Clifton
Chenier werd een ambassadeur van zwarte muzikanten, en mocht als Creool
optreden in dancehalls waar voornamelijk blanken kwamen.
Na het
verschijnen van de film Red hot pepper van Les Blanc ontdekte ook
de rest van de wereld Chenier en zijn zydeco.
Tussen 1969 en 1975 maakte
hij diverse tournees met zijn Red Hot Louisiana Band.
Het optreden dat ze
gaven tijdens het Montreux Jazz festival mag tot één van de meest
legendarische gerekend worden. De mix van zydeco, blues, rock en Glenn
Miller- tunes bracht het publiek in vervoering.
In 1976 staat
Chenier zelfs in de Nederlandse tipparade met Tu peux cogner mais tu peux
pas rentrer van de langdraaier Frenchin'the boogie.
Chenier
leed aan diabetes, en vanwege een infectie werd in 1979 een deel
van zijn rech- tervoet geamputeerd.
De accordeonist moest het rustiger aan gaan doen.
In 1984 ontving Chenier een Grammy voor zijn plaat I'm here.
Tijdens de uitreiking verklaarde hij zijn beweegredenen als volgt:
"Where you come from, is what you are. Whatever you are,
be that!
Don't try to be more than what you are, and you'll always make
it.
Don't go above your means. What fits you, stick with it, you know.
That's what I did."
|