Reisverhaal Louisiana 2004

 door Coos en Loes Kuindersma

       Geïnspireerd door het boek "was ik maar thuis blijven zitten" volgt hier een relaas van wat er kan gebeuren op een vakantie, ook al is deze min of meer gepland.

Dit verhaal is van onze vakantie in april/mei 2004, naar Cajun gebied in Louisiana, Amerika.

Wij zijn begonnen te plannen in eind 2003, omdat het voor ons bedrijf ook geregeld moest worden. Daar wij mensen hoorden over de gemakken van het internet boeken zijn we daar mee bezig geweest, doch slaagden er niet in om e.e.a. goed, en naar onze zin voor elkaar te krijgen. Dus in januari naar het reisburo om daar de eisen en prijzen te overleggen. De dame welke ons hielp hoorde ons aan, was zelf ook een ex-emigrant, en had ook in Amerika een camper gehuurd. We zaten dus goed, en de hulp was ook prima. Maar zelfs deze doorgewinterde dame had bijna 2½ uur werk om de reis + camper te boeken. Maar toen was dan ook alles geregeld naar onze zin, dachten we.

De aanbetaling werd gedaan, en 10 dagen voor de reis werd de rest voldaan. 2 dagen voor vertrek belde het reisburo, de ticket voor Loes was op de verkeerde naam gesteld, het klopte niet met de naam op het paspoort. De ticket zou naar Schiphol worden gestuurd, en konden hem daar afhalen. Geen probleem. Daar moeten we toch naar toe. De volgende dag weer het reisburo: de ticket lag toch in Leeuwarden, dus daar de ticket opgehaald. Alleen was nu het besproken motel overgeboekt, "nog nooit gebeurd" en kwamen we in een ander motel. Dat was niet erg dachten we, het was weer geregeld. Alleen lag dit wel op Schiphol, en moesten we alsnog naar de TUI balie. Daar lag inderdaad de ticket.
Op de dag van vertrek waren we er op tijd, het weer was goed voor vliegen, het vliegtuig zat aardig vol, we hadden er zin in. Toen we los kwamen van de pier stopte het vliegtuig, er zat een pallet klem tussen een deur, deze moest eerst "even"goed worden gezet en geschoord. Dit duurde zo'n 3 kwartier, dus een beetje vertraging, met later nogal wat gevolgen. Maar, eindelijk de lucht in en vliegen. Prima vlucht met films, muziek wat eten en drinken, och de vlucht ging heel plezierig.
We vlogen naar Houston, Texas, waar we de Camper moesten oppikken. Dit kan niet, zoals met een personenauto, rechtstreeks uit het vliegtuig. De verhuurmaatschappij eist een nachtrust tussen de vlucht en het ophalen van de camper.
De douane was al een klein drama, omdat we later waren vertrokken uit Amsterdam, waren we de laatste (4e), i.p.v. de eerste 747 die landde. We stonden 2½ uur in de rij om door de douane te kunnen, maar ach, we hadden toch vakantie, nietwaar?
Wij hadden dus een ander Motel aangewezen gekregen, wisten wij veel waar we moesten zijn, ja, op NASA road. Na een tijdje konden we een taxi bemachtigen, Houston was bezig met een uitbreiding aan het vliegveld, en daarom was het aanbod van taxi's niet erg constant. Het motel waar we naar toe gingen had geen busje, wat mensen naar het motel en de camperplaats brengt, dus vandaar de taxi. We hadden van het reisburo wel de opdracht gekregen om een bonnetje van de kosten te vragen. Ze hadden ons al wel   50 beloofd, vanwege het andere motel.
Toen we aan de taxichauffeur de NASA road opgaven, had hij niet meteen door waar we naartoe wilden, sterker nog, hij wist ook niet waar dit was. We dachten nog, een beginner, maar na overleg met de centrale wist hij in ieder geval waar hij moest zijn. Dus, heerlijk op de achterbank in een Amerikaanse slee, op weg naar ons Motel. Nu is Houston de 4e grootste stad in Amerika met 5 miljoen inwoners, dus het was redelijk druk, vonden wij. Na zo'n 30 minuten, en minstens 1000 Motelkamers verder, had de chauffeur nog geen aanstalten om een motel in de buurt van het vliegveld op te zoeken. Maar eens vragen dus. Nou, het kon nog wel even duren. Na 3 kwartier waren we er nog niet, maar "we're getting closer"volgens de man. Na 1 uur waren we in ieder geval op de NASA Road, we moesten een nummer hebben in de 6000 nummering(!). en we zaten in de 2000 nummers. Nog even zoeken dus. Na zo'n 70 minuten draaiden we het terrein van het Motel op, gloednieuw, net open. Wel in de buurt van een vliegveld inderdaad, maar een domestic (binnenlandse…..), 10 minuten er vandaan. De TUI agent ter plaatse had het waarschijnlijk niet helemaal begrepen. De taxi betaald ( USD 85!), inchecken, eten aan de overkant bij een amerikaanse chinees, erg goed, en redelijk vroeg slapen, wij waren 's morgens om 4.30 uur uit Reduzum vertokken, dus hadden we er 20 uur op zitten.
De volgende dag, we hadden de taxi besteld om 8 uur, om 7 uur ontbijt, nou ja ontbijt, geen brood, slappe koffie en een soort kattenbrokjes in melk, en mierzoete kleine muffins, de taxi in. Keurig op tijd, een uitdaging om voor 9 uur op het verhuurterrein te zijn. Door de spits in Houston, met een paar miljoen commuters op de weg. Wat een drukte, de chauffeur zei dat het over de tolweg het snelst ging, dus dat maar gedaan. Hij wist wel waar we moesten zijn….., dat klopte alleen was het verhuurbedrijf een week ervoor verhuisd, zonder achterlating van een nieuw adres. Maar gelukkig was het telefoonnummer nog hetzelfde, zodat we er 1 minuut voor 9 uur waren, dit i.v.m. een "Early Bird"pakket. Dit keer waren we USD 90 kwijt. Het hakte er aardig in….., USD 175 binnen 24 uur alleen al aan taxikosten! We hebben besloten om ons druk te gaan maken bij het reisburo, en niet in Houston. De camper welke we hadden besteld was stuk, dus kregen we een andere, lees oudere. Een 6 persoons, Loes wilde graag van de cabine zo het woongedeelte in kunnen lopen, dat kon bij deze. Een grote Ford 8 cilinder benzine(!) automaat, met een verbruik van 1 op 4. De oversteek achter de achterwielen was plm. 2,2 meter, even wennen dus. We moesten alles checken of het werkte, krassen/schade werden op papier gezet, we hadden een uitrusting van pannen, slaapgerei etc. gehuurd, we konden nu weg. Terwijl ik in de wagen zit vraag ik de manager of de tank vol is, "completely filled up", volgens de vriendelijke mexicaan. De reis kon dus beginnen.
We rijden weg van het terrein, over de spoorlijn, en 200 m. verder de oprit van de freeway op, meteen begint het licht van de tank te branden: tank leeg. Gloeiende……, nu al. Meteen de eerste afrit een benzine pompstation opgezocht, 45 gallon getankt (180 liter), in 2 keer betaald. Bij USD 50 slaat de pomp af. De verhuurder gebeld, konden de tank ook weer leeg terug brengen, geen probleem.
Nu is het rijden met een grote bus mij niet vreemd, maar dit was wel groter dan de verlengde en verhoogde Renault Master welke ik thuis heb. Op de freeway in Houston was het weer even uitzoeken hoe we moesten rijden, de auto moest wennen, en zeker de wegen, niet allemaal even recht en goed onderhouden, maar we waren om plm. 14 uur in Louisiana.
De eerste avond stonden we op een camping in Sulphur, vlakbij Lake Charles, een mooi plekje, waar een hele club R.V.'s Recreation Vehicles was. Bijzonder vriendelijke mensen, allen gepensioneerd, en nieuwsgierig waar we vandaan kwamen. Nou, Amsterdam kenden ze allemaal wel, en 1½ rijden van het vliegveld was dan vast een "suburb". We hebben het maar zo gelaten. Als we een blokje wilden lopen bij het meertje, wel graag oppassen voor de slangen. We beloofden het.
De volgende dag zijn we doorgereden via allemaal kleine binnenwegen naar Lafayette, naar een KOA camping. Eigenlijk geen plaats, maar alleen voor een kleine camper wel. We zagen onze geest al dwalen, dit wordt niets. Toen de dame van de incheck balie de camper zag, bleek dit de kleine te zijn, wel een plaats dus. De camperplaatsen zijn verhard met beton, er is stroom, water, en riolering, picknicktafel, alles is er klaar voor, ideaal. Het was intussen al vrijdag, de dag waarop het Festival International begon. We zijn de stad ingegaan, button gekocht USD 5, voor 3 dagen! 4 podia, allerlei franstalige muziek, uit verschillende werelddelen, maar het ging ons uiteraard om het cajun gedeelte. 'S Avonds speelde Steve Riley, Lost Bayou Ramblers en nog wat bands, Wil en Netty waren aangekomen en Bob en Jos ook, een leuk weerzien.
De volgende dag waren we om 9 uur in Breaux Bridge, Café Des Amis, waar een leuke Zydeco band speelde. Breakfast kon pas om 11.30 uur, we zijn maar naar de Cajun Cabins gegaan, heerlijke boudin met koffie, ook heerlijk en nog wat extra Boudin gekocht. 'S middags naar Lafayette, weer leuke bands, allerlei kraampjes op een groot veld, waar allerlei kleding, tassen, foto's schilderijen, eten, etc. werden verkocht. Wij hadden wat aardigheidjes gekocht, en brachten deze naar de camper, stond op een grasveld geparkeerd. Terwijl we er naartoe lopen, begint het iets te regenen, we waren net voor de bui in binnen. De bui haalde nogal uit, het was zo'n 4 uur flink nat. We hebben maar wat gegeten, en gewacht tot de regen over was, om 19 uur pas. Het veld met de kraampjes stond plm. 20 cm. water op, het podium was droog gebleven. Dat er water op stond was niet zo erg, maar de mieren waren nu ook aan het drijven, dus iedereen die in het water stapte en met mieren in aanraking kwam, werd ook gebeten. D.L. Menard en o.a. Corey "Lil Pop"Ledet & his Zydeco Band gezien.
'S Zondag begon de dag prachtig, zon, 25 °, veel mensen op de been, Lost Bayou Ramblers, Savoy Family Band, prachtig. We hadden nog aardigheidjes gekocht, en wilden dit eigenlijk naar de camper brengen, maar net ervoor begon het toch wel erg te onweren. Dus wat doe je? Samen met Bob en Jos een café in, een hamburger eten, en schuilen, de barman zette Wilson Picket op, het werd een leuk schuiladres. Het werd weer wat droger, dus even snel naar de camper, Bob en Jos wilden deze ook weleens zien. We zaten net binnen, begon het nog harder te regenen. Het hield ook niet weer op, we hebben de meegebrachte Boudin en het bier maar aangesproken, tot 16.30 uur alle dranghekken aan de kant werden geschoven, het festival werd verder afgelast!. Dan maar naar Prejean's te eten, heerlijk!
'S Maandags naar St. Martinsville gereden, o.a. Evangeline bekeken, en Bayou Teche. Daar stonden we op de camping de volgende nacht. Op de namiddag even een rondje lopen, stapte Loes bijna op een Copperhead slang, flink giftig bleek naderhand, het ging net goed. Om 5.30 uur de volgende morgen werd ik wakker van veel gebliksem, het leek wel een stroboscoop. Toch maar de walstroom en water eraf. 10 minuten later sloeg het in op de camping. De beheerder in de stromende regen erbij langs om alle stoppen er weer in te doen. 15 minuten later nog een inslag, toen was de hele stad zonder stroom, tot 9 uur. Toen we naar het wasgebouw wilden stond er een groot varken voor de camperdeur, was uitgebroken door het onweer. Bij het afrekenen, ook bijzonder, een enveloppe met het kamp geld in een brievenbus op ± 1.80 hoogte deponeren, stapte Loes in een mierennest, ze heeft nog tijden last gehad van alle mierenbeten.
We hadden besloten die dag om naar Avery Island te gaan, de Tabasco fabriek. We draaien van de snelweg af, en kwamen in de file, wegwerkzaamheden. Terwijl we staan te wachten, komt er ineens iemand van achter de camper hollend naar ons toe, het was Bob, waren achter ons aan van de snelweg afgedraaid, van de andere kant af. Ik dacht eerst aan een beroving, maar het viel mee, waar zo'n Friese vlag al niet goed voor is! In de fabriek kun je gratis proeven, zoveel je wilde! Dat laat je dus wel uit je hoofd, maar het tabasco ijs was wel heel lekker. Wat souvenirs gekocht, en we wilden weer verder. Nu bleef er een licht branden op het dashboard. Needs Servicing. Wat nu weer. Starten, uit, weer starten, uit, een paar keer, maar het licht bleef aan. Dan maar bellen met het Toll Free nummer. Het duurde even voordat we begrepen dat je naar een garage, door de maatschappij uitgezocht, toe moet. We moesten dus weer terug, en de dag was verder weg. We hebben de rest van de middag in de garage gestaan, maar ze kregen het lichtje uit de camper was weer klaar voor verder.
We belanden in Patterson, de volgende dag. Een Swamp Tour met Cajun Jack gemaakt, heel leuk, maar wel alles aan lichaamsdelen binnenboord houden a.u.b., i.v.m. mogelijke krokodillen, slangen etc.
Het was een prachtige tocht van bijna 3 uur, met veel wetenswaardigheden over het hoe en waarom. Daarna naar Houma, naar 2 Plantation Homes, Laura en Oak Alley. Wat een rijkdom, en armoede voor de slaven.
Toen werd het weer tijd voor de terug weg, noord, want op vrijdag zou het festival in Breaux Bridge beginnen. Hoe noordelijke we gingen, hoe harder het ging regenen. Tegen de tijd dat we bij Lafayette kwamen, reden we nog maar 35 mijl, harder ging niet. We wilden naar het festival maar hoorden op KBON dat het voor de vrijdag was afgelast. Dan maar naar Ville Platte, Floyd's Record Store. Daar onweerde het zo hard, we konden eigenlijk niet eens de straat over om droog in en uit de camper te komen. Dus dan maar op naar Eunice, via Opelousas. Daar stroomde het water uit de putten omhoog, en ook van de hoger gelegen straten kwam veel water naar beneden. De auto's kwamen ons tegemoet tot de koplampen in het water. De brandweer duwde gestrande auto's gewoon naar een droger gedeelte, waar de moesten wachten op de garage. Alle tuinen waren ondergelopen, de weg was voor plm. 10 km. niet meer zichtbaar, dan is zo'n hoogzittende camper wel gemakkelijk. Vlak voor Eunice, wat iets hoger ligt, waren we in ieder geval uit het water gereden. Maar de camper was tussen het cabinedak en de opbouw niet afgekit, zodat het, als we reden, gewoon over het dak achter ons naar binnen liep. Dat kreeg later weer ander effect……..
Dus maar dweilen en dweilen, we hadden intussen al zoveel beleefd, dit kon er ook nog wel bij. Mar het werd zowaar droog, en we gingen naar Dee's, een klein souvenir winkeltje, waar we wat CD's kochten en ons werd geadviseerd om naar D.I.'s te gaan een restaurant, wel midden in de wereld, niets eromheen, maar wonderbaarlijk genoeg afgeladen. Wil en Netty kwamen er later ook nog bij, ook gelokt door de Friese vlag. Terug naar de camping in Eunice, en toen de volgende morgen naar Breaux Bridge, het festival zou beginnen. Nu had ik via e-mail contact gehad met de manager van de First National Bank of Louisiana, en hij zou een plaatsje voor ons vrijhouden, dat was er ook, naast de drive through van McDonalds. Maar we waren er dan toch. Er waren zo'n 800 campers daar, alle mogelijke afmetingen en uitvoeringen, een pracht gezicht.
Het festival begon later, want alles was ook daar natgeregend op vrijdag. Maar om 13 uur begon het zo'n beetje te lopen. Maar het bleef dreigen en spetteren. Het paraplu's en schuilend onder de eettentjes konden we het zo'n beetje drooghouden, maar het begon om 18 uur zo te regenen dat we maar naar de camper zijn gegaan en de kachel hebben aangezet, i.p.v. de airco. Niet laat slapen, de drive through ging maar door, ook nog steeds de volgende ochtend, eigenlijk de hele tijd. Maar 's zondags was het wel beter weer, en zowaar om 14 uur kwam de zon erdoor. Toen werd het toch wel erg leuk, ook al was het veld doorweekt en waren er nog niet de helft van de normale aantallen bezoekers geweest. Na de tijd zijn we naar het motel met Bob en Jos geweest en daarna naar Whiskey River Landing waar Geno speelde, na eerst het festival te hebben afgesloten. Daarna nog eten bij Mulattes, wat wil je nog meer!
Omdat we woensdags vanuit Houston moesten vliegen, zijn we maandags weer naar Lake Charles gereden, naar een Sam Houston National Park, echt geweldig, midden in de natuur, in de bayous, met heel veel eekhoorntjes. De dinsdags zijn we in Houston op een KOA camping terecht gekomen, wij zijn eerst in het zwembad gesprongen, en daarna aan de schoonmaak, de camper moest schoon worden opgeleverd. Ook de buitenkant dus. Daarvoor gingen we naar een truckwash, met een schuimlans, nou, de camper werd nu roze van het schuim aan de binnenkant, vanwege het ontbreken van de kit tussen het dak/opbouw……..
Alle handdoeken waren nu opgebruikt en zijn in de trashcan terechtgekomen.
De camper ingeleverd, en op naar het vliegveld. Daar wat gegeten, en het vliegtuig in. Alles ging goed, totdat we hoogte wonnen en de cabine op druk kwam, ik kreeg een afgrijselijk kiespijn. Dan weet je het even niet meer. Met het wang tegen het raam in de achterdeur, je doet wat, hopend dat het zal zakken, maar dat doet het dus niet. De stewardess kwam erbij en zag dat het ernstig genoeg was om wat sterke pijnstillers te geven. 2 uur moest tussen de 2 pillen zitten, dan zou het helpen, dat klopte wel aardig, maar 4 uur later begon het weer. Maar weer een pilletje, en weer zakte iets. Het ging pas beter toen we boven Engeland gingen dalen, en de druk weer zakte. Op schiphol was de ellende over.
We zijn uiteraard nog even bij het reisburo langsgegaan, om e.e.a. te vragen en de teveel betaalde taxi gelden te vragen. Dat werd keurig afgehandeld.
Al met al een vakantie vol activiteiten, gewild en ongewild, met een goed gevoel achteraf.

Met dank aan onze buren Jellie en Tjits, onze buren, voor het eerder genoemde boek.

 
   

Deze pagina is voor het laatst bijgewerkt op 10-10-05 .